Home
Groeten Index

040225

Ze heet Laila

Het voorafgaande betreffende de tijger

 

Ze heet Laila en haar eigenaar woont in Riouperoux, richting het fameuze D�f�caire de Livet. Die had inderdaad eerst ook dat aanliggende restaurant "Les Ours". Vanaf dat ze puppy was, 14 jaar geleden. Het is natuurlijk verboden, een tijger, maar de gendarmes zijn goede bekenden van de baas van Laila, en die vinden het ook prachtig, dus dat is wel in orde. Ik zit dus op veertig meter van een gedoogzone. Dat lijkt mij niet slecht, want eventuele lastige gendarmes heb ik goed plat als ik zeg dat ze ook eens met mijn buurvrouw moeten praten (je herinnert wellicht hun entree van de vorige keer: "U bent hier in Frankrijk en hier heb je wetten").

Dit weet ik allemaal van Nicolas, eigenaar van Restaurant Rive Gauche in Bourg d' Oisans, met wie ik af en toe muziek maak (tot er klanten komen).

Heb heb nu een boom over de sloot gevonden waardoor de wandeling naar Laila vrijwel rechtstreeks is geworden.
Vanochtend gaf ze niet thuis. Was de baas toch even met haar naar het spreekuur van de dierenarts gegaan? Ik zie die mevrouwen daar al zitten met hun schoothondjes. Maar bloed uit de neus na hijgen vind ik wel serieuzer dan een hoestende poedel.
Ik ging op een afstandje liggen in het dode riet van de sloot en richtte mijn ogen op de besneeuwde kammen, met af en toe een sluikse blik op de donkere opening van haar betonnen hut.
Daar was dan toch een oog.
Een heel lui oog, dat wel.
Maar goed, gezelliger dan niets.
Daar bleef het zo lang bij dat ik me ging vervelen.
Net toen ik wilde opstaan gingen de poten er onder, ging ze diep met de schouders naar de grond met de poten naar voren en een geeuw met wijd open bek.
Net voor de hut ging ze weer liggen.
Nu met twee open ogen die zogenaamd niet naar mij keken.
Na het door de etiquette voorgeschreven tijdsverloop slenterde ik maar eens rustig langs het hek, de andere kant op kijkend.
En ja, ze volgde weer bij het keren, en springt weer tegen het hek als ik er ietsje van weg liep.
Bij stilstaan ging ze met haar vel langs het hek aaien, alsof ik het was.
Eigenlijk wou ik het best zijn.
Maar daar waren we nog niet. Ik had er absoluut geen moeite mee die gedachte vast te houden.
Mijn bergschoen dan maar even tegen het hek.
Er werd wild aan gesnoven en gepeuterd.
Toen ik hem uiteindelijk terugtrok werd er woest geblazen, ik kreeg alle tanden te zien die ze in huis heeft, plus het gehele tandvlees waar ze in prijken. Ze liep weg. Haar vacht ging plat op de huid, ze leek ineens een heel stuk magerder. De oren leek ze wel te hebben ingetrokken, de spleetogen vernauwd.

Ik begreep het ineens. Dat was ik niet geweest, die schoenen. Dat was eten geweest. En ze kreeg het niet. En uit de boekjes weet ik dat zelfs de meest intieme oppassers uit de buurt van tijgers moeten blijven als ze eten hebben.

Alweer helemaal verkeerd dus.

Een tijger geef je eten tot hij niets meer lust en dan kun je eens aan andere dingen gaan denken.

Het is niet als bij een poes, zo van aai aai, God heb je honger? Ik zal eens een blikje pakken. Zo is het dus, ik zal het, voor de lezer, maar vooral voor mijzelf nog ��n keer voor de duidelijkheid herhalen: NIET.

Laila ging blazend van woede af, de hut in. Ze wilde niets en niemand meer zien. Ik heb haar dag goed verpest.

Vervolg tijger