Greetings Home
 1 PHiLES home
Bert Tells What He Reads

Crt 1990-02-05 Last edit 17-11-06

Scholium voor braadkuikens
In gedachten geschreven door
Benedictus de Spinoza,

Verbannen door:  de Amsterdamse joodse gemeenschap
In samenwerking met: de stad Amsterdam,
Geportretteerd op: de laatste 40 jaargangen van de Nederlandse bankbiljetten van duizend gulden,
(meer)

.
 

 

God is Alles; Alles is God

Als je denkt aan iets willekeurigs zijn er twee mogelijkheden: ofwel je hebt een materieel ding genomen, een ding met bijvoorbeeld een bepaalde afmeting en gewicht, zoals bijvoorbeeld een ezel, Lodewijk XIV of een koeienvlaai. Ofwel je hebt een idee genomen om aan te denken, bijvoorbeeld het getal 3, een Euclidische cirkel, of Het Geluk. Alles in je hoofd waar je mogelijkerwijs aan zou kunnen denken valt keurig in deze twee soorten uiteen: uitgebreide dingen en ideeën.

God is alles wat er is. Alle dingen van beide soorten (beide attributen) zijn dus deel van God. Misschien zijn er nog wel meer soorten dingen, die wij helaas niet kennen. Hoeveel attributen zouden er zijn, als het er meer dan twee zijn? Nou, God is groot , dus het zullen er wel oneindig veel zijn. Maar dit terzijde.

En dan heb je natuurlijk nog de mens. In plaats van "de mens" zal ik vaak simpelweg spreken van "wij". Net als God (2P1), denkt de mens (2A2), alleen: helaas minder goed. God is namelijk perfect en wij niet. Ja , wij zijn deel van God, en God is volmaakt, maar dat bewijst niet dat wij zelf volmaakt zijn. God weet wat de volmaakte reden is waarom wij onvolkomen zijn, en soms, als we zelf tot betere inzichten komen, begrijpen we zelf ook waarom we op bepaalde punten vroeger dwaalden, d.w.z. nog imperfecter waren dan tegenwoordig. Door deze soort van persoonlijke groei ga je ietsje meer op God lijken. Je wordt iets perfecter, iets reëler. Dat is lekker, nuttig en dus goed. Maar dit terzijde.

Hoe het Godsterwereld mogelijk is dat een mens fout kan denken.

De mens denkt dus.

Maar wat is hiervan de oorzaak? Ik voel mij zeer aangetrokken door de gedachte dat dit een kip-of-ei vraag is: je zou volgens die gedachtengang net zo goed aan de andere kant kunnen beginnen en vragen: "de mens is dus uitgebreid. Maar wat is hiervan de oorzaak?".

Zover wil ik toch niet gaan.

Ik vraag dus opnieuw: Waardoor wordt de mens aan het denken gezet?

En het antwoord is: louter en alleen door inwerkingen op zijn lichaam!

Bewijs: in mijn jeugd deed ik zaken. Er was eens een vent die dacht dat hij mij niet hoefde te betalen. Ik wist in welke kroeg hij vaak kwam en ben er met mijn mannen heengegaan. Toen wij hem flink hadden afgerost wist hij ineens dat hij wel moest betalen. Waaruit duidelijk blijkt dat ideeën inwerkingen op het lichaam zijn.

Wij denken.

Dat is eigenaardig. Vooral omdat we het niet perfect kunnen. Wij maken denkfouten. Dat is nog eigenaardiger, want het is immers allemaal deel van God tot de fouten aan toe!. Onze gedachten zijn ideeën. ideeën bestaan zelf ook weer uit : De meest simpele ideeën die je hebt kunnen niet fout zijn. Het zijn elementaire gevoelens als pijn, dorst, kou, warmte, nat, zacht enz. Alle ideeën die we hebben, tot de meeste abstracte, God, toe, zijn door ons geconstrueerde bouwwerken van deze elementaire ideeën. Bij deze constructiewerkzaamheden maken wij helaas technische fouten. Het ding waar het idee een idee van is, komt dan niet met de idee overeen. Jammer! Daar word je ongelukkig van, en in ernstige gevallen kunnen zulke inadequate ideeën zelfs de oorzaak zijn van een verkorte duratio, hetgeen voor je er helemaal geweest bent vaak een verdomd pijnlijke en bloederige bedoening kan wezen.

Scholium: Die vent die wij in de kroeg afrosten hoefde volgens zijn contract niet te betalen. Hij kreeg het foute idee dat hij dat moest doordat hij slaag kreeg. Mij kwam dat goed uit want ik had dringend duizend gulden nodig. Het was dom van hem om fout te denken. Dat zou God niet overkomen zijn.

Als je door combinatie van toevallige dingen als slaag en het zien van een persoon die beweert een vordering op je te hebben iets gaat denken noem ik dat imaginatio, denkbeeldige kennis: het kuiken denkt na honderd keer dat het hok opengaat om de hand voer te laten strooien, maar dan gaat het hok opnieuw open, de hand pakt het kuiken en breekt het de nek. Het kuiken had geen adequate idee over de hand. Het is associërend te werk gegaan, en daardoor slachtoffer van imaginaire kennis. Als het op wiskundige wijze over het wezen van de dingen had gedacht die in zijn inadequate idee figureerden, dan had het misschien nog wel geleefd! Hiermee zij tevens duidelijk gemaakt, waarom dit scholium special voor braadkuikens is bedoeld, en, in het algemeen voor een ieder, wiens wezen het bestaan niet insluit.

Ethica: de levensweg weg naar meer perfectie

Wij kunnen onszelf verbeteren. Dat is ook eigenaardig. Als we ons verbeterd hebben, zien we in dat een idee dat we hebben inadequaat is. We hebben dan een nieuw idee gekregen waar het oude foute idee dat we hadden een onderdeel is, maar nu met het besef erbij dat hij niet klopte, en waarom hij niet klopte. Als je je verbetert gaan er dus nooit ideeën af. Er komen er alleen maar meer bij. Elk idee heeft een reden, ook een fout idee. Als je die reden te weten komt dan ben je perfecter geworden. Er is een nieuw besef bij gekomen. Dat beseft dat het oude besef verbeelding was. Maar dat oude besef gaat niet weg. Het wordt ingekapseld.

Scholium: Ik zat bijvoorbeeld in de trein en dacht "we rijden weg". Dat, bleek later, dacht ik omdat ik de trein aan de overkant van het perron uit beeld zag schuiven.  Nu weet ik beter. Maar ik kan nog altijd denken dat we wegrijden, maar nu weet ik in welke gevallen die gedachte niet klopt.

Groei van het inzicht, dat is groei van de berg ideeën in je hoofd. Je wordt groter, werkelijker, en gelukkiger (dat zijn drie woorden voor hetzelfde, er is nog een vierde, ja het klinkt misschien een beetje krom: perfecter). Allerlei domme dingen die je vroeger deed doe je niet meer. En je bent een ander een slag vóór. Alles in de wereld heeft een reden, of: alles wat echt is, is noodzakelijk. U hebt niet voor niets op dit moment van uw leven mijn Ethica aangeschaft, of geleend, en opengeslagen. Denk daar nog eerst maar even niet over na, want het boek zelf is al moeilijk genoeg. Laat dat nog maar even aan God over, of aan mij. U moet het zo zien: u vraagt nu naar de weg in het leven, en dat is noodzakelijk. Ik wijs hem, en dat is ook noodzakelijk. U volgt hem en dat is ook noodzakelijk. Of u wijkt er vanaf en dan is dat ook noodzakelijk. Zo is dat, u begint er al iets van te begrijpen! Leest u vooral door, want wie weet schopt u het heel ver en komt ook uw portret op een bankbiljet te staan. Dat is mij gelukt, op die van duizend gulden nog wel.

Ik heb toch, nu ik er over nadenk, een beetje spijt van mijn stelling dat basisideeën inwerkingen op het lichaam zijn. Waarom zouden inwerkingen op het lichaam niet, omgekeerd, veroorzaakt worden door basisideeën? Dat zijn immers, heb ik bewezen, slechts twee manieren om hetzelfde te zeggen. Er zijn helemaal geen oorzakelijke verbanden tussen uitgebreide dingen en ideeën. Een uitgebreid ding kan oorzaak zijn van een ander uitgebreid ding, en een idee kan oorzaak zijn van een ander idee. Oorzakelijke verbanden tussen die twee werelden, die ik attributen heb genoemd, dat is te lastig. ideeën zijn enkelvoudig of samengesteld, uitgebreide dingen zijn enkelvoudig of samengesteld. Bij elk uitgebreid ding hoort een idee van dit ding. Volg nu dit recept: pak alle uitgebreide dingen, de eenvoudige en de samengestelde, één voor éen. Pak ook elke keer het idee van dat uitgebreide ding er bij. Ga door tot je alle uitgebreide dingen hebt gehad. Dan zul je merken dat dan ook de ideeën net precies op zijn.

Nou ja, zo'n recept kan alleen God uitvoeren, maar het gaat erom dat je een idee hebt van wat God dan doet. In hem, in de natuur dus, hoort bij elk uitgebreid ding precies één idee. En bij elk idee één uitgebreid ding. Ja, ik begrijp wat u wil zeggen, maar ik kan het ook niet helpen dat in God alles verdubbeld is (of zelfs veroneindigd, tenmiste dat moet haast wel bij zoiets vreselijk oneindigs als God) en ik geef toe dat je eigenlijk maar naar één attribuut hoeft te kijken als je wilt weten wat er is. God dacht er kennelijk verstandig aan te doen back ups te hebben.

De wereld is hard voor ideeën en dingen. De grote eten de kleintjes op, de scherpe krassen de zachte. Niets is eeuwig. Of alles, het is maar net hoe je het bekijkt.

Scholium: Lastig hè? Even een voorbeeld dan maar: muizen bestaan tot ze doodgaan. Maar dode muizen bestaan ook. Om over de idee van de muis, en de idee van de dode muis nog maar te zwijgen. Ik heb heel wat veel boeken van Descartes gelezen, maar wil je wel geloven dat ik er soms zelf wel eens even geen touw aan kan vastknopen? Leven en dood, ach, is dat niet slechts een denkbeeldig onderscheid? Elk ding streeft naar volharding in zijn bestaan, niet alleen ikzelf, maar ook die muskiet die vlucht voor de schaduw van mijn muts, de muts zelf, en de huidzwelling die de muskiet heeft veroorzaakt. Het zou het mooiste zijn als elk ding dacht, tot mijn muts toe. Eenvoudige dingen zouden dan eenvoudige gedachten kunnen hebben, en ingewikkelde dingen, zoals ik, zouden dan ingewikkelde gedachten hebben.

Maar soms moet zelfs een filosoof zich bij de feiten neerleggen: God en de mens zijn denkende dingen, de rest niet.

Zo.Nu kunnen we beginnen. We hebben nu de ethica, tijd voor actie!

Welnu: het gaat erom dat u perfecter wordt. Dat wilt u ook? Nee, nee, dat is verbeelding. De wil bestaat niet: U wordt noodzakelijk perfecter.  Daar hebt u niets over te vertellen. U hebt zowiezo niets te vertellen. Nee, loopt u nu niet weg, het valt best mee. U streeft in uw bestaan te volharden, als elk ding. Ja, u bent een ding, nee, blijf nou hier, het is niet erg, zelfs ik ben een ding. Kent u meetkunde?

Nee?

En toch wilt u perfecter worden? En hoe pakt u dat dan aan? Fitness? Filosofie?

Wat jammer dat u noodzakelijk zo'n arme ziel bent. Want perfecter word je niet door spierballentraining, of een cursus boekhouden, maar door inzicht in alles wat is en dus noodzakelijk is. Het gaat er niet om dat u een eh ... wat dolende geest bent, doch dat u de noodzakelijkheid daarvan inziet. U denkt ten onrechte dat u dingen wilt omdat u als elk ding naar volharding in het bestaan streeft, snapt u? Nergens is eigenlijk iets aan te doen. Ik zal u voorgaan, volgt u mij ...

Als je perfecter wordt, wordt de berg ideeën in je hoofd steeds groter. Je breidt je geest uit om zo te zeggen. Maar omdat de ideeën altijd één op één blijven corresponderen met de dingen, moet het dan ook zo zijn dat je je lichaam uitbreidt! Je kunt pas adaequaat over iets denken als het in je zit. In je geest en in je lichaam. Want lichaam en geest zijn hetzelfde, slechts beschouwd vanuit een ander atttribuut. Je kunt dus alleen perfecter en reëler worden als je flink eet. Slankheid is inadequatio. Daarbij is God natuurlijk het grootste voorbeeld; die heeft alles in zich verzwolgen, zelfs ons. God is zwaar. Astronomen noemen hem het universum. Zij  hebben uiteenlopende schattingen gemaakt van Zijn totale massa waarbij zij met de handen in het haar zitten vanwege een ongelooflijke hoeveelheid zwarte gaten die slecht zichtbaar en behoorlijk zwaar schijnen te zijn, maar hoe dan ook, het zijn heel wat kilootjes.

Onze beperktheid zit dus in ons lichaam. Het recept voor grotere perfectie is dus: aankomen. U moet goed eten.

Uw biomassa vormt het gedeelte van het universum dat controleert en kent. De weegschaal meet uw vorderingen in de perfectie. Eten is leren, wegen is weten.